
Op een prachtige miniatuur in een manuscript van Al-Biruni (973-1048), staan Jezus én Mohammed samen afgebeeld: Jezus rijdt daar op een ezel en Mohammed op een kameel. Moslims wilden met deze afbeelding aangeven dat niet alleen de komst van Jezus, maar ook die van Mohammed was voorspeld door de profeten.
‘Zet een wachter neer, die moet melden wat hij ziet.
Als hij strijdwagens ziet, met ingespannen paarden,
een legertroep met ezels en kamelen,
dan moet hij scherp, zeer scherp opletten.’ (Jesaja 21: 6, 7).
De profeet Jesaja legt de betekenis van de val van Babel uit. De imperialistische macht van Babylon beheerste volledig de wereld-opinie, domineerde de wereld-politiek, en had zich de wereld-verbeeldingskracht toegeëigend. Die ondergang van Babel is meer dan een historisch, een kosmisch gebeuren, dat een revolutionaire herdefinitie van de wereld aanduidt. De militaire gebeurtenis wordt door de profeet getransformeerd in een godsdienstige strijd, waarin de Babylonische ‘goden’ van geweld, geld en leugen worden verslagen en vernederd door de grotere macht van de Eeuwige. De nederlaag van Babel, is een cruciaal voorbeeld van Gods vermogen om de macht van het kwaad – geweldloos – teniet te doen (Jesaja 21: 1-10).
(bij prof.dr.Anton Wessels – emeritus hoogleraar Godsdienstwetenschap -studeerde ik aan de VU af. Hij introduceerde indertijd het woord gastvriendschap (voor mij tenminste..). En publiceerde een inspirerende studie over de spiritualiteit van Vincent van Gogh, ook na zijn tijd als evangelist in de Borinage: Het evangelie volgens Vincent van Gogh)